15 december 2009

McDonalds en wereldvrede

Via de Britse pers bereikt ons nieuw bewijs van de macht van voedsel. Eten, blijkt, is het onterecht verwaarloosde element bij vredesoverleg. Het is wat tegenstanders samenbrengt. Het is het verschil tussen oorlog en vrede. En hoe slechter het menu, des te groter de kans op een akkoord.

Volgens the Economist begonnen Israelische en Syrische onderhandelaars pas met elkaar te praten toen beide partijen houmous geserveerd kregen door hun Amerikaanse gastheer en beide de kwaliteit van de beige hap beoordeelden als nauwelijks geschikt voor menselijke consumptie. Tony Blair, let op. Want Zalman Shoval, de vroegere Israelische ambassadeur in Washington, herinnert zich een vergelijkbaar incident. De koele stemming tussen de Israelische delegatie en de Jordaans-Palestjnse, steeg naar mediterrane hoogte zodra de 'gebruikelijke Amerikaanse koffiekar werd binnengereden', herinnert de oud ambassadeur zich. Nadat beide partijen 'de onsmakelijke drank geproefd hadden die in Amerika voor koffie doorgaat, merkte ik op: 'Vinden jullie deze koffie niet vreselijk?'' De Jordaniers konden dat enkel beamen en 'vanaf dat moment begonnen de onderhandelingen die uiteindelijk uitliepen op het Israelisch-Jordaans vredesverdrag'.

De Guardian suggereert 'dat als discussies gehouden zouden worden in de McDonalds op Marble Arch het hele gedoe in het Midden-Oosten zo is opgelost'.