30 augustus 2012

ontbijtgranen, Diana en ik

Precies vijftien jaar geleden stond ik in een vakantiedorp in Turkije met een half aangesproken gezinspak cornflakes. De buurvouw van het naburig huisje met wie ik tot dat moment geen woord gewisseld had, zou over een uur vertrekken en had mij uitverkoren als ontvanger van haar overgebleven goederen. Naast de ontbijtgranen had ze nog een bodempje afwasmiddel, een halve fles olijfolie en oh, ze had net gehoord van iemand bij het zwembad dat volgens de Turkse TV Diana was omgekomen. Verkeersongeluk. Goh, lachten we, die Turkse TV toch. 

Aan mijn mobiele telefoon had ik niks. Er was geen verbinding met de rest van de wereld. Iets wat destijds enkel in het voordeel van de bestemming gepleit had. Een uur later (nieuws was trager toen) was ik met de NOS in onderhandeling over vijf enkeltjes Londen. Vijf, want beide zonen stonden op mijn paspoort, hun vader moest mee om thuis voor de zonen te zorgen en het nichtje kon natuurlijk niet alleen in Turkije blijven. Het laatste weekend in augustus was traditioneel het drukste vakantieweekend van het jaar. De NOS vond een toestel op een afgelegen Turks vliegveld, met vijf lege stoelen naar Londen. Eerste klas. Overstappen in Frankfurt. Pas daar, temidden van Duitse en Engelse kranten, begon door te dringen dat ze echt dood was. En dat dit het grootste nieuws was sinds de maanlanding. Of sinds de dood van John Kennedy. Of het uitsterven van de dinosaurus.

De stemming in Londen, die week voor de begrafenis, was onwerkelijk. Het voelde als een historisch bepalend moment. De eerste week van september 1997 wordt nu afgedaan als de tijd waarin de natie collectief het gezonde verstand verloor. Terugblikkend wordt er geschamperd over de massahysterie van toen. Maar ik zag niets wat ook maar leek op hysterie. Nergens werd er gegild of geschreeuwd. Buckingham Palace werd niet bestormd. Overal heerste kalmte. Mensen stonden zeven uur in de rij om condoleanceboeken te tekenen. ‘s Nachts was er een wake langs de begrafenisroute met thermosflessen, kaarsen en slaapzakken. Krantenartikelen en foto’s van de prinses waren tegen de dranghekken geplakt en aan boomtakken gehangen. De kampeerders op de brede, voorname stoepen van het Londense centrum, deden denken aan bewoners van een vredeskamp, of aan de jaarlijkse rij wachtenden voor Wimbledon. De sfeer van het waxinelichtje triomfeerde.

Het gekke was dat twaalf maanden later het tij alweer gekeerd was. Elton John die in Westminster Abbey ‘Candle in the Wind’ gezongen had, de twee minuten stilte, de 2.5 miljard kijkers die de begrafenis gevolgd hadden: toen het eenmaal voorbij was wilden mijn Britse vrienden er niet meer aan herinnerd worden. Een herdenkingswandeling door Kensington Park, precies een jaar later, werd afgeblazen wegens gebrek aan belangstelling. Het aantal Di-hards dat op haar verjaar- en sterfdag samendromde bij de poorten van Kensington Palace, zou ieder jaar verder afnemen. Het Britse koningshuis werd, dankzij betere PR campagnes en een emotioneel stabieler alternatief voor Diana in de vorm van Kate Middleton, als instituut onaantastbaar.

Ik heb, eerlijk gezegd, nooit met meer voldoening gewerkt dan in die week. Diana's dood was onverwacht, de reakties waren onvoorspelbaar. Dit was geen tevoren georganiseerd evenement. Dit was dramatiek met een hoofdletter D. De onderdanen hadden de regie en niemand wist welke kant het uitging. Een soort Arabische Lente, maar dan (dit is Engeland) met een celeb als inzet. 

Stel dat ze was blijven leven, denk ik wel eens. Ze zou nog decennia goed geweest zijn voor verhalen. Een tweede huwelijk. Een tweede echtscheiding, meer neuroses, therapieen, foute , marmeladekleurige kapsels en een scene op de bruiloft van zoon William.

Voor mensen onder de 25, 30 zegt Diana weinig of niks. Mijn zonen uitgezonderd. Die hebben jarenlang hun status kunnen opkrikken door vriendjes te vertellen dat hun vakantie in Turkije destijds wreed onderbroken werd omdat ze (ogen naar boven rollend, diepe zucht) op stel en sprong naar huis moesten 'voor de begrafenis van Diana'. 



20 augustus 2012

De misdaden van Assange

Julian Assange en WikiLeaks zijn twee verschillende zaken. Niet, echter, wat Assange betreft. In zijn 'Do cry for me Argentina'-achtige balkonrede in Londen, zijn WikiLeaks en haar oprichter een en dezelfde. Helaas, Julian.

Feit is dat de Australier de wereld met zijn klokkenluidersite een enorme dienst bewezen heeft. WikiLeaks zette de schijnwerpers op de oorlog in Irak. Ze publiceerde honderdduizenden vertrouwelijke documenten, grotendeels afkomstig uit Amerikaanse ambasades. De mishandelingen, de duizenden dode burgers in Irak: dankzij WikiLeaks kwam het allemaal op straat te liggen. Heel genant voor de VS. Nog nooit in de Amerikaanse geschiedenis waren zoveel officiele papieren gelekt.

Geen wonder dus, dat Washington WikiLeaks de nek wil omdraaien. Om te beginnen bij de Amerikaanse soldaat Bradley Manning. Manning wordt verdacht de bewuste documenten naar WikiLeaks te hebben doorgespeeld. Daarom zat hij elf maanden in eenzame opsluiting in een Amerikaanse gevangenis. En daarom is zijn behandeling door de speciale afgevaardigde van de VN die zich specialiseert in martelingen, omschreven als wreed en onmenselijk. Kortom; de angst van Assange naar de VS te worden uitgeleverd, is niet ongegrond.

Wat er bij veel niet in wil is dat mensen als Assange, die goed werk verrichten, in staat zijn tot criminele overtredingen. Dat Assange beschuldigd wordt van seksuele misdrijven tegen twee Zweedse vrouwen, is volgens sommgen een poging om hem in diskrediet te brengen. De vrouwen zouden hem, op uitnodiging van de CIA, in de val gelokt hebben. Bovendien, hoor je supporters van Assange zeggen: seks zonder condoom is geen verkrachting. Alleen in Zweden wordt zoiets aangemerkt als een misdrijf.

Onder het Europees arrestatiebevel wordt Assange beschuldigd van vier seksuele overtredingen (waarvan een voor verkrachting). Britse rechters moesten de afweging maken of die aantijgingen ook onder de Engelse wet overtredingen waren. Twee rechtbanken concludeerden dat ook in Londen Assange zou zijn aangeklaagd voor verkrachting. En ik maak me sterk dat Nederlandse rechters er anders over zouden denken.

WikiLeaks is een groot goed, maar het is geen Pussy Riot. En de Zweedse justitie is geen Russisch showproces. WikiLeaks en Assange zijn twee verschillende zaken. Als Assange beschuldigd wordt van verkrachting moet hij zich daarvoor verantwoorden.  Zo niet dan zal dat op den duur gevolgen hebben voor de reputatie en levensvatbaarheid van WikiLeaks. En dat zou echt crimineel zijn.